Bij Geestmerambacht in de buurt van Alkmaar werd nog steeds de Bruine Boszanger gezien, deze telt weer voor de jaarlijst en ik had hem ook nog nodig voor de maandlijst. Op internet werd er verder gezocht om dit te combineren met een route door Noord-Holland. Samen met Pieter werd een tocht uitgestippeld en we spraken af elkaar om 7.45 uur te ontmoeten bij een parkeerplaats in Amsterdam. Op tijd arriveerde ik de volgende ochtend op de afgesproken plek en in het donker reden we richting Geestmerambacht.
Met het licht worden parkeerden we de auto en verruilde de warmte voor een ijskoude noordoosten wind. De thermometer gaf -4 graden aan maar het voelde als -15. We pakten ons dik in en begonnen aan de wandeling. Een Havik werd gezien die een Meerkoet geslagen had, de Meerkoet leek nog te leven. We liepen verder en kwamen een groepje Goudhanen tegen. De vogels hadden het druk met het zoeken van voedsel en waren niet schuw. Een grote groep Staartmezen foerageerde in de lage struiken. We begonnen de zoektocht op de plek waar ik de vogel vorig jaar ook gezien had. Naast een Roodborst werd hier niets gezien. We splitsen ons op en ieder zocht een eigen stuk af. Er arriveerden nu meer vogelaars wat de zoek kans vergrootte.
Een duidelijk verzwakte Koperwiek was aan het scharrelen naar voedsel. De vogel had het te druk en kon dicht benaderd worden. De vorstperiode begint zijn tol te eisen en er werden meer verzwakte vogels aangetroffen. De zoektocht naar de Bruine Boszanger ging intussen verder. Een Waterral werd gehoord en Maartje zag een Roerdomp vliegen. Pieter stootte een Houtsnip op maar nog steeds geen Brubo. Na 2.5 uur zoeken gaven we het op en liepen terug naar de auto. In de warme auto werd genoten van hete koffie en toen we weer een beetje op temperatuur waren reden we verder richting Den Oever. Helaas geen Bruine Boszanger, zou de vogel misschien de koude nacht niet overleeft hebben?
In Den Oever werd gezocht naar een groep Rotganzen waartussen 3 Witbuikrotganzen en een Zwarte Rotgans zaten. Vlak voor Den Oever zagen we een grote groep Rotganzen vliegen en we begaven ons naar de plek waar ze neerstreken. De vogels zaten kort bij de weg en voorzichtig, om ze niet op te schrikken, reden we dichterbij. De Ganzen waren alert en de kopjes gingen allemaal omhoog. Gelukkig bleven de Rotganzen zitten en het zoeken kon beginnen. Als eerste werd een Witbuikrotgans gevonden al snel gevolgd door de andere twee. Het duurde even maar ook de Zwarte Rotgans werd gevonden. We reden nu verder naar de haven, hier zat vrijwel niets. Volgende stop werd de Voorhaven bij de sluizen van het IJsselmeer. Hier zaten wat Nonnetjes en enkele Grote Zaagbekken.
We reden verder naar de Noorderdijkweg waar alle slootjes geïnspecteerd werden. Pieter zag een IJsvogel die helaas wegvloog voordat de anderen hem zagen. Af en toe werd een Watersnip gezien en er konden wat foto’s gemaakt worden. Een eerste Bokje werd gezien en wat later nog een tweede, helaas waren er nu geen foto kansen. Er werd tevergeefs gezocht naar een eerder gemelde Klapekster en als laatste werd haventerrein de Oude Zeug bezocht. Hier zaten veel Kuif- en Tafeleenden maar geen Toppers. We reden nog een keer de Noorderdijkweg af in de hoop voor de IJsvogel. Dit wilde niet lukken en de Tom Tom werd ingesteld op Hoorn waar 2 Pestvogels gemeld waren.
Via de A7 kwamen we snel aan in Hoorn en de Pestvogels werden snel gevonden in een boom. Af en toe kwamen de vogels naar beneden om zich tegoed te doen aan de bessen. Ondanks slecht licht konden er leuke foto’s gemaakt worden. Na een half uur vlogen de Pestvogels weg en omdat het al over drieën was reden we terug naar Amsterdam. In de auto werd de daglijst opgemaakt die uitkwam op 71 soorten waarvan er 3 nieuw zijn voor de jaarlijst. Ondanks de gure omstandigheden was het een leuke dag geworden.