Volgens traditie hebben we ook dit jaar weer meegedaan aan de Top of Holland (ToH). De Top of Holland is een evenement waar gezocht wordt naar de zeldzaamste vogel in de provincies Drenthe, Friesland en Groningen. Degene die de zeldzaamste vogel vindt krijgt naast de eer ook een prijs.
Op vrijdagochtend vertrokken we naar Friesland waar we traditiegetrouw het hele weekend logeren bij mijn tante in Oudwoude. Lekker dichtbij het Lauwersmeer en een zeer gastvrij verblijf waar ook in de late uurtjes nog een borreltje genuttigd wordt (dit is niet altijd een goede combinatie met de ToH overigens ?). Onderweg naar Friesland werd eerst de Klein Waterhoen geprobeerd in de Weerribben maar die had er geen zin in helaas. Geen ramp want de Weerribben is een leuk gebied en er waren voldoende andere soorten te zien. We reden verder naar het Aeckingerzand voor een korte wandeling. Ondanks dat het nog koud aanvoelde floten de vogels goed. We bezochten ook nog Fochteloërveen alvorens we verder reden richting Friesland. Dit voorrondje leverde ook nieuwe jaarsoorten op, een Sprinkhaanzanger en een Kraanvogel. We wilden ook nog even het Lauwersmeer bezoeken voordat we naar Oudwoude gingen en een melding onderweg van een Breedbekstrandloper in de Ezumakeeg werd de target. De vogel werd gemeld in het zuidelijke gedeelte van de Keeg en hij was voor de hut gezien. Toen wij eenmaal in de hut waren bleek hij inmiddels gevlogen te zijn. De vogel had op 10 meter voor de hut gezeten, wel even een dompertje. We besloten te wachten in de hoop dat de vogel terug zou keren en onderwijl vermaakte we ons met een paartje Zomertalingen die vlak voor de hut zaten. Na een half uur wachten kwam er een groepje Bontbekplevieren aangevlogen die op enige afstand van de hut landden. In dit groepje zat tevens de Breedbek en ook een Krombekstrandloper (die nog telt voor de jaarlijst). Het groepje verplaatste zich regelmatig en ik kon mijn geluk niet op toen ze op 25 meter van de hut landden. Ondanks het slechte licht werden er een aantal leuke platen gemaakt. Eigenlijk de beste die ik ooit van een Breedbekstrandloper wist te maken. Het was tijd om naar Oudwoude te gaan waar we werden getrakteerd op een lekkere maaltijd en een wijntje. De dag bleek echter nog niet voorbij te zijn. Tijdens het checken van de waarnemingen in de omgeving zagen we dat er een Roodpootvalk gemeld was in het Twijzelermieden. Dit was op 10 minuten rijden van Oudwoude en natuurlijk moesten we een kijkje nemen of de vogel er nog zat. Na een snelle rit kwamen we aan in een prachtig gebiedje wat ik nog niet eerder bezocht had. Van de Roodpootvalk was geen spoor te bekennen maar dat werd ruim gecompenseerd. Er zaten veel steltjes en we noteerden 4 Temmincks Strandlopers een flink aantal Bosruiters en Oeverlopers. Verder nog Zilverplevier, Kemphaan, Bontbekplevier, Tureluur en Zomertaling. Een leuke afsluiting van de dag.
De volgende dag ging de wekker af om 6 uur en niet veel later stonden we weer bij het Twijzelermieden. De Roodpootvalk bleek al gezien te zijn en ook toen wij arriveerden was de vogel nog aanwezig. Een lekker begin van de Top of Holland! Het plasje produceerde de nodige steltjes en het groepje Temmincks was gegroeid naar 8 exemplaren. Een Kleine Strandloper die er de vorige avond niet zat telde nog voor de jaarlijst. We bleven hier ongeveer een uurtje hangen voordat we verder reden naar de Putten nabij Eastermar. Hier was vannacht een Kleinst Waterhoen gehoord die we wilden proberen. De vogel liet zich helaas niet horen maar een Snor en een voorbijvliegende Roerdomp telden nog voor de jaarlijst. In Veenklooster werd een Iberische Tjiftjaf gemeld, een goede soort en serieuze kandidaat voor de beste soort van de dag. Ook dit was weer vlakbij en na een korte rit konden wij ook deze vogel bijschrijven op de jaarlijst. We reden nu verder naar het Zuidlaardermeergebied waar we eerst een Witvleugelstern wilden proberen. Rond 11 uur stonden we op de locatie waar de Witvleugelstern het meest gezien werd. Een voorbijvliegende Koekoek werd leuk op de foto gezet maar het duurde een tijdje voordat ook wij de Stern zagen. Tevreden met de waarneming reden we naar de andere kant van het Zuidlaardermeer. Hier vonden we snel een aantal Witwangsterns en 2 Steltkluten, beide vogels tellen nog voor de jaarlijst. Tijdens onze lunch werd een Terekruiter gemeld in de Breebaartpolder bij Termunten. Een goede soort voor de jaarlijst en ook niet al te ver weg. We reden onmiddellijk richting Termunten waar we rond half twee aankwamen. Hier bleek de Terekruiter nog steeds voor het kijkscherm te zitten, een makkelijk inkoppertje. Terwijl we naar de Terek stonden te kijken kwam er via de ToH appgroep een melding binnen van een Breedbekstrandloper bij de “Punt van Reide”. Dat was 5 minuten lopen er werd dus niet getwijfeld. Na een korte wandeling konden we aanschuiven bij de ontdekkers en de vogel liet zich op enige afstand goed bekijken. De vogel verplaatste zich af en toe en was dan soms compleet uit beeld. Omdat de vogel soms uit beeld was besloten we te wachten op Maartje's zus die nog onderweg was. Helaas vloog de Breedbekstrandloper plots op en vloog samen met een groepje Bontbekplevieren ver weg. Het leek erop dat ze vlakbij het kijkscherm geland waren maar hier konden we hem niet terugvinden, ook de Terekruiter leek niet meer aanwezig te zijn. Toen Tonny (Maartje's zus) en Pieter arriveerden waren beide vogels nog onvindbaar. We namen afscheid en het volgende doel waren 3 Morinelplevieren die op korte afstand waren ontdekt. Gelukkig werd de Terekruiter niet veel later herontdekt door Tonny. De Morinelplevieren bleken nog aanwezig maar wij zagen maar 2 vogels. Het was inmiddels half vier en we besloten terug te rijden naar het Lauwersmeer, onderweg werd nog een Grauwe Kiekendief gezien. Met niet veel tijd meer probeerden we met succes een Wielewaal bij camping De Pomp, ook deze soort telt voor de jaarlijst. We reden nu naar de Ezumakeeg maar een melding van 3 Witvleugelsterns vlakbij konden we niet negeren. De vogels waren helaas niet meer aanwezig en het was tijd om naar Schierzicht te rijden voor de prijsuitreiking en een maaltijd. De Iberische Tjiftjaf werd de beste soort van de dag en Sije Schotanus mocht de prijs, een verrekijker gesponsord door “Foto Sipkes”, in ontvangst nemen. Een loterij voor een Zeetocht die beschikbaar werd gesteld door “Birding Holland” werd gewonnen door Maartje. Wij zagen vandaag in totaal 120 soorten, niet onze beste score.
Het plan voor de volgende dag was om rond 3 uur in de ochtend de Kleinst Waterhoen nog een keer te proberen. Dit ging niet geheel volgens plan. In Oudwoude werd het flink laat (zoals gebruikelijk) en pas rond 5 uur reden we naar Eastermar. Het bleek inderdaad te laat te zijn want de Kleinst Waterhoen werd niet meer gehoord. We reden nu naar de Weerribben voor een tweede poging voor het Klein Waterhoen. Die werd vrijwel onmiddellijk gehoord en de vogel leek nu niet op te houden met baltsen. We reden verder naar Uden waar een korte pauze werd ingelast. Een melding van een Breedbekstrandloper in de Strabrechtse Heide was te aantrekkelijk om te negeren. De Breedbek telt nog voor onze provincielijst van Noord-Brabant. Een lastige rit met veel omleidingen bracht ons uiteindelijk toch op de Strabrechtse Heide waar Frank Neijts ons vertelde dat we op 5 minuten een Vale Gier gemist hadden en de Breedbek niet meer in beeld was maar waarschijnlijk nog wel aanwezig was. We namen afscheid van Frank en gingen op zoek naar de steltloper. Het was Maartje die uiteindelijk 2 Breedbekken vond met de telescoop. Met de Breedbek komt mijn Brabantlijst op 293 soorten en die van Maartje op 269. In totaal zagen we afgelopen weekend 132 soorten waarvan er 16 tellen voor de jaarlijst van 2019 die hiermee op 225 soorten komt.
