Zoals ieder jaar deden we ook nu mee aan de Top of Holland day. Met een team bestaande uit 4 personen, Alwin Borhem, Teun van Kessel, Christian Brinkman en ikzelf natuurlijk, hadden we ons ingeschreven onder de naam Twitch & Go. Om ook wat nachtsoorten te scoren begonnen we nu om 3.00 uur in de ochtend.
Ik was op vrijdag al naar Friesland vertrokken en zou hier het hele weekend blijven. Op een carpool plek langs de A7 werd om 3.00 in de ochtend afgesproken met de rest van het team. Vanuit hier vertrokken we naar het Dwingenderveld. Om precies 3.56 uur konden we hier onze eerste soort van de dag noteren: een Nachtzwaluw. Niet veel later werd een roepende Bosuil genoteerd. Een zingende GekraagdeRoodstaart, Roodborsttapuit en Roodborst volgde. Bijzonder was een overvliegende roepende Kwartel. We moesten nog even wachten maar om 4.19 uur konden we ook een Houtsnip noteren. Een zoektocht naar een Steenuil moesten we zonder resultaat opgeven.
We reden nu naar Diependal en onderweg werd in het donker nog een Scholekster genoteerd. Bij het oprijden van de weg richting de kijkhut noteerden we de volgende soorten: Zanglijster, Merel, Geelgors, Boompieper, Grasmus, Tuinfluiter, Huismus, Zwartkop, Gele Kwikstaart, Vink, Tjiftjaf, Spreeuw, Fitis, en Koekoek. Bij de parkeerplaats en te voet naar de hut konden we Pimpelmees, Houtduif, Lepelaar, Matkop, Wulp, Witte Kwikstaart en Aalscholver bijschrijven. Vanuit de hut vonden we snel de Roodhalsfuut maar andere soorten zoals Snor en Roerdomp ontbraken. Wel wisten we de volgende soorten te noteren: Knobbelzwaan, Boerenzwaluw, Koolmees, Kuifeend, Krakeend, Tafeleend, Meerkoet, Wilde Eend, Bergeend, Rietgors, Kleine Karekiet, Blauwe Reiger, Fuut, Rietzanger, Kievit, Waterral, Blauwborst, Kauw en Putter. Na een half uur in de hut hielden we het voor gezien en wandelden terug naar de auto. Onderweg konden we nog Winterkoning, Zwarte Kraai, Staartmees, Holenduif, Groenling, Kneu en Ringmus noteren. Achter een boerderij bij de parkeerplaats zijn Oeverzwaluwen in een zandberg nesten aan het uitgraven en dit was de laatste soort die we hier bijschreven. In totaal was Diependal goed voor 48 soorten, dit is wel eens meer geweest.
Volgende stop was de het Aeckingerzand (ook wel Kale Duinen genoemd) nabij Appelscha. Onderweg pikten we nog een Ekster, Grote Bonte Specht en Huiszwaluw mee. Eenmaal aangekomen bij het bos scoorde we vanuit de auto Zwarte Mees, Boomklever, Gaai, Goudhaan, Kokmeeuw en Bonte Vliegenvanger. De auto werd geparkeerd en we gingen te voet verder. Een zingende Veldleeuwerik was de eerste vogel. We lopen richting het meertje en een zingende Tapuit in een boomtop is soort nummer 67 van de dag. Op het meertje vinden we de verwachte Geoorde Futen en ook kunnen we de Grauwe Gans bijschrijven. Op de terug weg naar de auto horen we verscheidene Boomleeuweriken zingen.
We rijden nu verder naar de uitkijktoren Ravenswoud in Fochteloërveen. Onderweg noteren we Heggenmus en Turkse Tortel. Vlak voor de parkeerplaats ziet Alwin een mannetje Goudvink zitten. We stoppen om de vogel te bekijken en horen hier ook een Vuurgoudhaan zingen. Tijdens de wandeling naar de toren en vanuit de toren zelf worden de volgende soorten gezien en of gehoord: Grote Lijster, Buizerd, Appelvink, Boomkruiper, Sijs, Gierzwaluw, Bruine Kiekendief, Wintertaling, Dodaars en Zwarte Specht. We rijden nu naar de kijkhut in hetzelfde gebied en op het meertje voor de kijkhut ontdekken we een Zwartkopmeeuw. Een Paapje word gevonden en dit geld ook voor een Kleine Mantelmeeuw en een Graspieper. De lucht ziet er nu dreigend uit en al snel vallen de eerste regen druppels. We lopen snel terug naar de auto en rijden naar de Tachtig Bunder voor de Kraanvogel maar kunnen deze niet vinden. Vlakbij het informatie centrum kunnen we nog wel een Torenvalk, Sperwer en Watersnip bijschrijven.
Het is nu 10 uur en er word kort overlegd waar we heen zullen gaan. De keuze valt op Paesens waar een Roodmus gemeld is. Onderweg stoppen we in het Blauwe Bos nabij Ooststellingwerf voor een Fluiter. Na wat zoeken word hier een luid zingende Fluiter gevonden en rijden we verder naar Paesens. Bij de Frieschepalen word onderweg een Waterhoen gezien en in Buitenpost rijden we even om voor een broedende Ooievaar. Vlak voor Paesens zien we een Storm- en Zilvermeeuw. Op de plek van de Roodmus lopen enkele vogelaars maar de Roodmus is nergens meer te bekennen. Wel vinden we hier een GrauweVliegenvanger. Vanaf de dijk kijken we uit over het buitendijkse gebied en zien hier de Bonte Strandloper, Zilverplevier de 100ste soort van de dag, en een Tureluur (101). Er staat hier een grote groep Rotganzen (102) maar we kunnen geen Witbuikrotgans of Zwarte Rotgans ontdekken. Terug naar de auto horen we nog een Braamsluiper (103) zingen. Iets voorbij Paesens zit nog een groep Rotganzen en hier vinden we een Zwarte Rotgans (104).
Het is nu 12 uur en we besluiten om richting het Lauwersmeer te gaan en te beginnen in de Ezumakeeg. We beginnen in het noordelijke gedeelte en we kunnen hier de lijst flink uitbreiden: Bontbekplevier (105), Oeverloper (106), Kemphaan (107), Reuzenstern (108), Zomertaling (109), Steltkluut (110), Kluut (111), Slobeend (112), Kleine Strandloper (113), Rosse Grutto (114), Groenpootruiter (115), NoordseStern (116), Temmincks Strandloper (117), Bosruiter (118), Zwarte Ruiter (119), Steenloper (120), Smient (121) en Krombekstrandloper (122). In het zuidelijke gedeelte voegen we daar nog de Grutto (123) en Havik (124) aan toe. In de Anjumer en Lioessenserpolder zijn Morinelplevieren (125) gezien en we zien hier zelf 8 exemplaren. In de Bantpolder zien we een Visdief (126). Bij de jachthaven word een Zwarte Roodstaart (127) genoteerd. De zeehaven is alleen goed voor een Grote Mantelmeeuw (128). Het wad gedeelte bij de kustweg word geïnspecteerd en dit levert een Dwergmeeuw (129), Regenwulp (130) en Eider (131) op.
Onderweg naar “Achter de Zwarten” horen we een Nachtgaal (132) zingen. Een wandeling naar de uitkijkbult levert maar 2 nieuwe soorten op: Bosrietzanger (133) en Pijlstaart (134). Er word helaas geen Wielewaal gehoord en dit komt waarschijnlijk door de harde wind. Bij de Vlinderbalg wordt tevergeefs gezocht naar een Grote Canadese Gans of Brilduiker, wel zien we de Brandgans (135). Net voordat we willen wegrijden zien we vlak voor de auto een Rouwkwikstaart (136) zitten, dit is een onverwachte meevaller. Vanuit de kijkhut bij het Jaaps Deensgat zien we een Slechtvalk (137) en horen we enkele Baardmannetjes (138). We rijden verder naar Zoutkamp en zien onderweg een koppeltje jagende Grauwe Kiekendieven (139). We stoppen bij de Kollumerwaard maar vanwege de harde wind word hier niets gezien. We besluiten de camping over te slaan en terug te rijden naar de Ezumakeeg omdat hier een Grauwe Franjepoot is ontdekt. Hiermee verspillen we wel een laatste kans op een Sprinkhaanzanger en een Zomertortel. De Grauwe Franjepoot (140) word niet lang na aankomst, om 17.27 uur, in de Keeg bijgeschreven.
De prijsuitreiking is in Drachten en onderweg hebben we nog een kans op een Grote Canadese Gans. Het geluk wil dat we onderweg in de buurt van Kollumerland een overvliegende Roek (141) zien. Ook de Grote Canadese Gans (142) zit op het vijvertje nabij Smallingerland. 142 soorten is een goede score en mijn beste tot nu toe. Het viel dit jaar wel tegen met de bijzondere soorten en een Roodmus geld als beste ontdekking van de dag. Na de prijsuitreiking en een maaltijd rijd ik vermoeid terug naar Oudwoude waar ik overnacht bij mijn tante. Volgend jaar zijn we weer van de partij!!