2018, een jaar wat weer voorbijgevlogen is. Het lijkt inderdaad dat naarmate je ouder wordt de dagen, weken en maanden sneller gaan. Zo stonden we op 1 januari in het Lauwersmeer te kijken naar een Grijze Wouw en ik ben nu alweer het jaaroverzicht aan het typen. De Grijze Wouw werd natuurlijk bezocht voor de maandlijst. In hetzelfde gebied zaten ook niet minder dan 3 Ruigpootbuizerds. Normaal wordt 1 januari doorgebracht in Zeeland dus dit was een primeurtje. Met 63 soorten wel veel minder dan we normaal in Zeeland weten te scoren maar voor een Grijze Wouw in januari maken we graag een uitzondering. Aangezien ik al heel wat jaartjes fanatiek vogel op de eerste dag van het nieuwe jaar was ik benieuwd geworden naar het aantal soorten wat ik nu eigenlijk ooit op 1 januari gezien had. Na een kijkje op mijn eeuwige daglijst (die ik niet actief bijhoud, dat doet waarneming.nl voor mij) bleek dat ik 173 soorten in totaal op nieuwsjaardag gezien heb, dat had ik niet verwacht.
Januari werd verder een goede maand met leuke soorten zoals, Bladkoning, Zwarte Zeekoet, Ringsnaveleend, Ross's Gans, Grote Kruisbek en Witstuitbarmsijs. Op 24 januari werd de eerste echte goede soort voor het jaar genoteerd, een Ross's Meeuw in de haven van Vlissingen. Meteen de volgende dag gevolgd door een Zwartkeellijster in Scheemda in de provincie Groningen, voor Maartje meteen 2 nieuwe voor de Nederlandse lijst. De maand werd afgesloten met 158 soorten. In februari stond een reis naar Oeganda op het programma. We vertrokken al op de tweede en kwamen terug in de laatste week van februari. Een Buidelmees en een Koningseider werden nog snel gedaan voor de maandlijst, onze jaarlijst steeg maar met 7 soorten tot 165.
Dit betekende dat we in maart flink aan de bak moesten en de Telpost op de Kamperhoek werd geregeld bezocht. Op 5 maart werd een Witkopgors gezien in Goedereede. Een Zwarte Ooievaar op 9 maart telde nog voor mijn maandlijst. De Kamperhoek leverde alleen de gewone jaarsoorten en op het einde van de maand stond de teller op 191 soorten.
April begon met een Europese Kanarie die zowat in het centrum van Uden ontdekt werd. Op 7 april hadden we een goede dag op de Kamperhoek met een Steppekiekendief. Er vlogen leuke aantallen vogels en andere goede soorten, Klik hier voor een overzicht
April bleef goed en soorten zoals Oostelijke Blonde Tapuit, Roodstuitzwaluw, Gestreepte Strandloper en Duinpieper werden genoteerd. Op 20 april werd vroeg in de ochtend een Cirlgors gemeld door Ruud van Dongen nabij Budel. Een knaller en ondanks dat we nog in bed lagen waren we al in een kwartier onderweg. Bij aankomst in het gebied bleek dat we alleen waren. Na een half uur zoeken zonder resultaat arriveerde ook Enno Ebels en samen zochten we verder. We vonden uiteindelijk de Cirlgors terug dankzij zijn zang, de eerste nieuwe soort voor mijn Nederlandse lijst dit jaar was binnen. Op 25 april werd daar ook nog een Witkeelkwikstaart aan toegevoegd. Deze vogel werd ontdekt in het Zuidlaardermeergebied en leek te zijn gepaard met een gewone Gele Kwikstaart. April was nog niet voorbij Poelruiter, Iberische Tjiftjaf en Ralreiger werden aan de jaarlijst toegevoegd. De eindstand van de maand stond op 246 soorten.
De maand mei begon goed met een Griel. Verder werden in de eerste helft van mei Kleine Geelpootruiter, Witwangstern, Bijeneter, Morinelplevier, Roodkopklauwier, Roodkeelpieper en Draaihals bijgeschreven. Een zingende Withalsvliegenvanger in Vierhouten kon niet genegeerd worden en een Krekelzanger die in de buurt zat werd gedaan op dezelfde dag. Op 14 mei stonden we in de Bossche Broek te posten voor een Kwartelkoning toen er een melding binnen kwam van een serieuze Balkanbergfluiter, een nieuwe voor onze Nederlandse lijst. Na een nerveuze rit werd het vogeltje mooi gezien en gehoord. Een Orpheusspotvogel die in de buurt zat werd meteen meegenomen. Op 15 mei werd een paartje Oehoes bezocht die in de buurt van Uden 2 jongen aan het grootbrengen waren. Op de 20ste werd een Breedbekstrandloper bijgeschreven. Op 25 mei werd een mogelijke Bastaardarend gemeld nabij Castricum. Dit was later op de middag en er werd flink overlegd wat te doen de volgende dag. Het werd uiteindelijk de Kamperhoek en dat bleek bij aankomst geen slechte keuze. Een Steppekiekendief en Roodpootvalk werden in de eerste 10 minuten genoteerd, klik hier voor een overzicht. We telden nog 7 Roodpootvalken meer totdat de Bastaardarend op Texel teruggevonden werd. Omdat dit een nieuwe soort voor onze Nederlandse lijst is moesten we naar Texel. Tijdens de rit kwamen er regelmatig meldingen door dat de vogel nog aanwezig was en zelfs aan de grond was gaan zitten. Vlak voor Den Helder kwam de melding dat hij nu bij Den Burg vloog en flink hoogte won. De laatste melding was dat hij in zuidelijke richting uit het oog verdwenen was. We reden op dat moment vlak bij de veerboot die we nog op 1 minuut konden halen. Een flink dilemma want wat als de vogel nu naar het vasteland gevlogen was. We besloten echter toch de veerboot op te rijden en begaven ons meteen naar het bovenste dek in de hoop de vogel op te pikken mocht hij dit doen. Helaas, geen Bastaardarend te zien dus besloten we ons geluk te beproeven op een hoog punt vlak voor Den Burg. Tijdens de rit werd de Bastaardarend nu gemeld door Tim Schipper, de melding klonk; Bastaardarend vliegt laag in zuidwestelijke richting van Ecomare over de Staatsbossen. Het stuur werd omgegooid en een hoog punt ten zuiden van de Staatsbossen werd opgezocht. Na ongeveer 10 minuten werd een goede locatie gevonden en vrijwel meteen konden we de Bastaardarend oppikken. De spanning maakte plaats voor vreugde. De Bastaardarend liet zich ongeveer 20 minuten zien totdat hij leek te landen in de Staatsbossen. Een goed moment om naar een Kleine Klapekster te rijden die ook op Texel zat. Mei werd afgesloten met een Kleine Vliegenvanger en een Roodmus en de lijst was gegroeid tot 283 soorten.
Juni werd een hele rustige maand en het enige vermeldingswaardige is een Witvleugelstern. Met maar 1 soort stonden we op 284.
Gelukkig viel er in juli meer te beleven en de maand begon goed met een Arendbuizerd. Een Slangenarend, Lachstern en Zwarte Ibis werden hier al snel aan toegevoegd. Op 17 juli kwam de melding van een Sporenkievit. Een soort die een erg hoog ‘escape’ gehalte heeft in Nederland. Dit was echter een tweede kalenderjaar vogel die er misschien toch wel goed uitzag. We twijfelde niet te lang en bezochte de vogel. Indien deze aanvaard zal worden is het de eerste voor Nederland en daarmee voor onze lijst. Verder werden nog Terekruiter, Grauwe Fitis, Woudaap en Kwak toegevoegd zodat de lijst op 296 soorten stond.
Augustus begon met een Grauwe Franjepoot. De telpost Brobbelbies bleef erg rustig in de eerste helft van de maand. Een dagje Westkapelle met noordwestenwind leverde op 14de een Kleinste- en Kleine Jager op. Later in Augustus zagen we op de Brobbelbies diverse Ortolanen en dat was meteen de 300ste soort voor het jaar en de eindstand van de maand. De 300 soorten waren in ieder geval weer binnen!
Op 5 september werd een Waterrietzanger gedaan die nog telde voor de maandlijst. Op de Brobbelbies zagen we niet minder dan 3 Grote Piepers. Een noordwester op Westkapelle leverde nog een Noordse Stormvogel en een Noordse Pijlstormvogel op. En met een Blonde Ruiter sloten we de maand af op 306 soorten.
Oktober werd een leuke maand voor de Brobbelbies met goede aantallen trekvogels maar geen echte klappers. We moesten wachten tot 10 oktober voor de eerste echte goede soort in de vorm van een Kleine Zwartkop, een nieuwe voor onze Nederlandse lijst. De maand ging verder met Sperwergrasmus, Steppevorkstaartplevier en Rosse Franjepoot. Op 27 oktober werd laat in de middag een Roodoogvireo gevonden op Texel. Een knaller en ondanks dat het al laat was reden we toch meteen richting Texel. We haalde de boot van 17.30 uur en met nog weinig daglicht en geen terugmelding van de vogel daalde onze kansen. Eenmaal aan de overkant werd de rit naar het Krimbos nabij De Cocksdorp snel ingezet. Vrijwel meteen bij aankomst werd de vogel teruggevonden en konden we aanschuiven. In zowat de schemer werd het vogeltje goed gezien. Opgelucht en blij stonden we om 7 uur weer op de boot richting het vasteland. De dag werd afgesloten in traditie met een Marc’s BBQ. Dit was tevens ook de laatste nieuwe soort voor oktober en de teller stond op 314.
Op 3 november werd een Bairds Strandloper gedaan nabij Deventer die nog voor de maandlijst telde. Een Humes Bladkoning in St Oedenrode was lekker dichtbij en dat geld ook voor een Notenkraker in Wageningen. De Notenkraker telde nog voor de Nederlandse lijst van Maartje. De maand eindigde op 317 soorten.
Op 1 december werd een Gele Kwikstaart gezien die veel kenmerken vertoonde van een Oostelijke Gele Kwikstaart. Toevallig waren wij diezelfde dag in het gebied aanwezig geweest voor een late Fitis die we ook te zien kregen. We moesten dus terug de volgende dag. Bij het eerste licht werd de zoektocht in gezet met nog zo’n 15 ander vogelaars. Het duurde even maar we vonden de Kwikstaart terug en inderdaad neigt de determinatie wel veel richting Oostelijke Gele Kwikstaart. We moeten het afwachten, gelukkig is er wel DNA-materiaal van de vogel verzameld. Op 11 december zagen we onze laatste soort van 2018. Een Bonte Tapuit die ook nog voor de maandlijst telt kon worden bijgeschreven in Bodegraven. De eindstand voor 2018 staat op 319 soorten.
Op 2 februari vertrokken we naar Oeganda voor een reis van 3 weken. Met 538 soorten werd het een succesvolle trip met wederom een aantal leuke nieuwe soorten en veel foto’s. Dit is het twaalfde jaar op rij dat ik over de 300 soorten scoor. Ook voor de maandlijst werd goede zakengedaan. Hieronder een overzicht van de nieuwe soorten voor de Nederlandse lijst:
Toy
- Cirlgors
- Witkeelkwikstaart (moet nog aanvaard worden)
- Balkanbergfluiter
- Bastaardarend (moet nog aanvaard worden)
- Sporenkievit (moet nog aanvaard worden)
- Kleine Zwartkop (moet nog aanvaard worden)
- Roodoogvireo
- Oostelijke Gele Kwikstaart (moet nog aanvaard worden)
Maartje
- Ross's Meeuw
- Zwartkeellijster
- Cirlgors
- Witkeelkwikstaart (moet nog aanvaard worden)
- Balkanbergfluiter
- Bastaardarend (moet nog aanvaard worden)
- Sporenkievit (moet nog aanvaard worden)
- Kleine Zwartkop (moet nog aanvaard worden)
- Roodoogvireo
- Notenkraker
- Oostelijke Gele Kwikstaart (moet nog aanvaard worden)
Hier volgt een overzicht van de lijsten die we bijhouden na 2018:
Toy
- Levenslijst Nederland 449
- Levenslijst wereld 3274
- Totaal eeuwige maandlijst 3440
- Jaarlijst 2018 319 soorten
Maartje
- Levenslijst Nederland 437
- Levenslijst wereld 4048
- Totaal eeuwige maandlijst 3396
- Jaarlijst 2018 319 soorten
In 2019 wordt wederom geprobeerd de 300 soorten te halen in Nederland. De buitenlandse reis gaat naar Nieuw-Zeeland met aansluitend de Western Pacific Odyssee.