Dinsdag staan we om 4 uur in de ochtend op en rijden naar Lelystad voor een daar gemelde Noordse Nachtegaal. Bij aankomst op de plek horen we de stevige zang van de vogel meteen. Hij laat zich zelfs leuk bekijken. Het is voor mij de eerste keer dat ik er eentje te zien krijg.
We blijven niet lang want we willen de boot van half 8 halen. De boot halen we ruimschoots en we rijden rond 8 uur het eiland op. De Vale Gier is nog niet gemeld en bij aankomst op de plek van gisteren zien we maar 1 vogelaar zoeken. We besluiten een rondje te rijden. Ongeveer een kilometer verder zien we de Vale Gier in het midden van een weiland zitten. We melden de vogel via Dutch Birding en de lokale Texel appgroep. De gier zit rustig in het weiland en vliegt even een paar honderd meter om weer in een ander weiland te landen.
Tevreden met de waarneming en de foto’s rijden we terug naar de boor van 10 uur. De bestemming is Oudwoude in Friesland. Mijn oom is afgelopen week overleden en de begrafenis is om half 3 deze middag. We zullen overnachten in Friesland.
Gisteren werd laat de Dougalls Stern nog gemeld. Wij waren te moe om deze nog mee te pikken en gingen ervan uit dat hij de volgende dag er nog wel zal zitten.
Rond 8 uur in de ochtend vertrekken we richting de Putten nabij Schoorl in de hoop dat de Dougalls Stern er nog zit. Onderweg wordt de vogel gemeld dus dat gaf een goed gevoel. Iets later werd ook nog een Roodkopklauwier gemeld op nagenoeg dezelfde plek.
Bij aankomst staat er niemand behalve een fotograaf bij de plek van de Dougalls Stern. De vogel is al geruime tijd niet meer gezien zo meld hij. De scopen worden opgesteld en het is Maartje die de Stern vrijwel ogenblikkelijk terugvind. De Dougalls Stern zit zich te poetsen en vliegt niet lang daarna op. Er kunnen ondanks het felle tegenlicht toch wat platen genomen worden.
Mijn aandacht gaat nu uit naar de Roodkopklauwier. De vogel vliegt af en toe op ooghoogte voorbij aldus Arnaut Linckens. Een mooie kans om de R3 uit te proberen. Ik moest even zoeken want de Roodkopklauwier was erg vliegerig. Het lukte inderdaad een paar leuke platen te maken. De auto tracking van de R3 werkt buitengewoon om deze kleinere vogel te volgen.
Met de doelsoort in de pocket besloten we naar de Flevopolder te rijden voor een Slangenarend die hier al een paar dagen zit. Een Kleinst Waterhoen was die nacht ook gemeld in de polder dus die kon mooi mee worden genomen.
De Slangenarend liet zich redelijk snel vinden vanaf de Grote Praambult. Helaas te ver voor een fotokans. We reden nu naar de plek van het Kleinst Waterhoen. Het was wel midden op de dag en de kansen waren daardoor niet optimaal maar wie weet. We parkeerden de auto en moesten iets meer dan een kilometer lopen.
Hier troffen we Martijn van der Meij die het Kleinst Waterhoen al had gehoord. Het duurde niet lang of wij hoorden ook de baltsroep. De vogel zat erg dichtbij in het riet en was af en toe ook te zien door de rietstengels heen. We bleven hier een paar uur en genoten van de baltsroep die we zo dichtbij nog niet gehoord hadden.
Vandaag weer 3 nieuwe soorten voor de jaarlijst die nu op 289 staat.
Half twee in de ochtend staan we op en rijden naar Lelystad voor de daar aanwezige Dwergooruil. De rit verloopt snel en we staan op de plek waar het uiltje voor het laatst gehoord is. Het duurde niet lang voordat we de baltsroep niet al te ver weg hoorde. We liepen naar de plek en konden een leuke geluidsopname maken. De Dwergooruil verplaatste zich regelmatig en helaas kregen we hem niet te zien.
Na een uur ofzo reden we verder naar Castricum voor de Roodmus die daar al een tijdje zit. We kwamen aan in de schemer en besloten in de auto te wachten tot het licht werd. Onderwijl genoten we van de zang van de vele Nachtegalen.
Het licht begon beter te worden en het zoeken naar de Roodmus kon beginnen. Het duurde even en het was Maartje die de Roodmus het eerst hoorde zingen. Het werd lichter en de condities voor foto’s beter. De Roodmus verplaatste zich een stuk noordelijker en liet zich daar uitstekend bekijken. Hij jaagde de Groenlingen weg van de hoogste zangplekken. Na 2 uur genieten was het tijd om iets anders te doen.
We hadden eigenlijk de Gestreepte Strandloper in gedachten bij de Bochtjesplaat in het Lauwersmeer maar omdat deze nog niet gemeld was besloten we terug te rijden naar Uden. We waren niet lang thuis en we ontvingen een app van Herman van de Brand dat er een Gestreepte Strandloper nabij Zevenhuizen zat.
Er werd niet getwijfeld en we reden onmiddellijk richting Zevenhuizen. Bij aankomst zat de Gestreepte Strandloper niet al te ver weg en we konden hem mooi bekijken en fotograferen.
Alwin, Donny en de Dijsselbloempjes waren inmiddels ook gearriveerd en samen besloten we de Woudaapjes te proberen. We hadden geluk want vrijwel meteen bij aankomst ontdekte ik een Woudaapje in het riet niet ver van ons af.
In de ochtend was op onze telpost de Brobbelbies Noord een Grauwe Kiekendief ontdekt en deze bleek nog aanwezig te zijn. Een leuke soort om de dag af te sluiten. De Dijsselbloempjes besloten mee te gaan. Eenmaal bij de telpost werd de Grauwe Kiekendief snel gevonden. Het bleek een tweede kalenderjaar man te zijn, een zeldzaam kleed voor Nederland. De Kiekendief was druk aan het jagen op de velden rondom de telpost en verdween uit het zicht.
Onze aandacht was inmiddels gericht op een Rode Wouw die naar ons toe gevlogen kwam. Ook een tweede Rode Wouw werd ontdekt en de vogels leken een soort van baltsgedrag te vertonen. Ik weet niet of Rode Wouwen baltsen maar het leek er wel op dat deze 2 vogels bij elkaar hoorde.
De Rode Wouwen verdwenen en het was tijd om naar huis te gaan. Het was een hele leuke dag geworden met 3 nieuwe soorten voor de jaarlijst die nu op 286 soorten staat.